Eind april vertrokken we voor een weekje naar België.
We gingen de eerste dag direct naar de camperplaats in Lommel om daar te overnachten. Het was er redelijk vol en we konden nog net op een mooi plekje achterin staan. Lekker langs het water.
We wilden de volgende dag kijken bij kasteel Ter Dolen maar die was dicht en je kon ook niet in de buurt komen om een foto te maken. Door de weeks kun je er misschien wel bijkomen als de brouwerij ervoor open is.
Daarna zijn we bij Genk naar een park gegaan waar 12 unieke zonnewijzers staan. We hebben ze wel allemaal gevonden al waren er een paar die stuk waren.
Het was een leuk park en we hebben een mooie wandeling kunnen maken. Wel heeft Anneke haar enkel gezwikt en dat gaf een paar uur later erge pijn.
We willen overnachten op de camperplaats in Bilzen. Maar we kunnen op de aangegeven plaats geen camperplaats vinden. Een paar kinderen vroegen of we wilde overnachten en die wezen ons toen op de juiste plaats, een stukje omrijden achter een jeugdhuis. Daar hebben we lekker gestaan.
De volgende dag zijn we hier ook blijven staan om de voet van Anneke rust te gunnen. Gelukkig ging het steeds beter en ’s avonds had ze al zo goed als geen last meer.
Service gedaan op de andere camperplaats in Bilzen.
Hierna naar een ruïne in Wanze gereden en daar rondgekeken. De ruïne van Moha heet hij. We vonden het wel een aardige ruïne maar echt heel veel is het niet.
We zijn daarna gereden naar de camperplaats in Huy. Er zijn maar twee officiële plaatsen maar toen we aankwamen waren beide plekken nog vrij. We stonden daar prima en konden lekker aan het de Maas zitten op deze weer zonnige dag.
We zijn in Huy gebleven. ’s Morgens eerst naar het beginpunt van de kabelbaan lopen en toen met de kabelbaan helemaal omhoog gegaan.
Daarna rustig lopen naar beneden. Ook een deel over de muur van Huy. Deze steile weg is heel bekend van wielerwedstrijden. Het zal niet meevallen om op de fiets hier omhoog te gaan. Lopen naar beneden ging prima. Op mijn kaart op de telefoon zag ik ook iets van een ruïne staan. Daar zijn we heen gelopen maar er was echt helemaal niets daar. Maar wel een rustige plek om even het meegenomen brood op te eten.
Daarna verder naar beneden en ook gewandeld door het dorpje zelf.
De rest van de dag hebben we weer lekker aan de Maas gezeten.